De postkaart

Uit kleinrondleimuiden.nl

De ansichtkaart, als persoonlijke groet met afbeelding

Tegenwoordig zijn we van alle gemakken voorzien als het op onderling communiceren aan komt. Het is een fluitje van een cent om even de telefoon te pakken om iemand een berichtje te sturen. Iedereen kent nog wel de SMS, al is deze alweer meer dan 30 jaar oud. Populairder is Whatsapp en als het bericht langer van opmaak is stuur je gewoon een email. Deze ontwikkelingen zorgde ervoor dat de omvang van correspondentie als bijvoorbeeld: briefwisselingen, briefkaarten en ansichtkaarten de afgelopen decenniën flink terug liep. Om de kosten te drukken voor een postbedrijf als PostNL, betekend het dat je op termijn drie dagen moet wachten op een poststuk en dat is een grote achteruitgang met vroeger! Ruim 120 jaar geleden, zat er voor de grote massa met een kleinere beurs niets anders op om een bericht per post te versturen. Het post-systeem werkte, zeker met de snelle ontwikkeling van landelijke en lokale spoornet prima. Soms zorgde de postbode er zelfs nog voor dat op dezelfde dag de post werd bezorgd! Je kon de man in uniform met de kenmerkende pet wel 3 tot 4 keer per dag aan de deur verwachten, met misschien wel een kaartje van manlief die op doorreis was ergens in Nederland.

Een wijziging in de Postwet van 1892 zorgde ervoor dat de PTT haar monopolie verloor, waardoor iedereen, mits voldaan werd aan bepaalde eisen, prentbriefkaarten kon uitgeven De gouden periode van de prentbriefkaart was begonnen en veroverde zijn plek als betaalbaar en goedverkijgbaar souvenir van bezienswaardigheden.

Indien de prentbriefkaart zonder boodschap als ”drukwerk” werd verzonden, dan betaalde men voortaan 1 cent en niet het briefkaarttarrief van 2 ½ cent met als gevolg een groeiende populariteit. Veel gezinnen kregen een eigen kaarten album in huis waar ze, vaak gesorteerd op topografie of onderwerp in gingen verzamelen.

In Duitsland liep men voorop in druktechnieken, zodoende deze fabrikanten in staat waren om te voldoen aan de grote vraag en begin 20e eeuw werden er al miljoenen prentbriefkaarten geproduceerd voor de Nederlandse markt. Tot afkeur van taalpuristen burgerde de Duitse naam voor een prentbriefkaart snel in en spreken we voortaan van een ansichtkaart.

De briefkaart, functioneler en formeler voor berichten

In tegenstelling tot een ansichtkaart is de briefkaart functioneler en wordt deze voornamelijk gebruikt voor eenvoudige, vaak zakelijke communicatie, zoals korte mededelingen, uitnodigingen en bevestigingen. Tot 1905 vonden er in de post-wetgeving voor het versturen van een bericht op een enkele kaart verschillende veranderingen plaats. Aanvankelijk gebruikte men de briefkaart, een officieel document met een ingedrukte waardezegel, bedoeld om zonder envelop, voorzien van een adressering, te worden verstuurd. Vanaf 1873 verschenen er op de andere kant van de adreszijde korte creatieve teksten en versjes en 10 jaar later gevolgd met kleine afbeeldingen van religieuze aard of bloemen en markeerde het begin van de geïllustreerde briefkaart. Opvallende eigenschappen van dit type briefkaart, zijn de fraaie artistieke ontwerpen, als logo’s en andere toepasselijke illustraties.

Kenmerken

Adresliniatuur

De eerste prentbriefkaarten staan ook bekend onder de naam "voorlopers". Om ruimte te houden voor een geschreven boodschap van de afzender nam de afbeelding op een prentbriefkaart niet alle ruimte aan de beeldkant in beslag, immers het was niet toegestaan om berichten op de adreszijde te schrijven want deze was bedoeld voor een naam, adres en woonplaats. In 1905 veranderde dit en werd wettelijk bepaald, dat de adreszijde van de kaart middels een verticale streep moest worden verdeeld; de rechterzijde bestemd voor het adres en de linkerzijde voor een boodschap van de afzender. Vanaf 1978 is er een andere wijziging, namelijk ruimte voor de postcode. Nu, meer dan 100 jaar later zie je deze adresliniatuur nog steeds terug op nieuwe uitgegeven ansicht- en briefkaarten.

Poststempel

Voor dit artikel is het interessant om dieper in te gaan op de poststempel. De belangrijkste reden voor deze afdruk, geplaatst door een postbeambte, is het ontwaarden van de postzegel om hergebruik te voorkomen. Daarnaast geeft de stempel informatie zoals locatie, datum en tijd, wat nuttig kan zijn om te weten wanneer en waar het poststuk is verstuurd. In Nederland zijn er vele soorten poststempels uitgegeven, maar ik zal me hier beperken tot de plaatsen Leimuiden en Rijnsaterwoude. Voor deze twee dorpen is het kleinrondstempel de oudste cirkelvormige stempel die je kunt tegenkomen op oude briefenveloppen, briefkaarten en prentbriefkaarten. Dit stempel bestond uit twee concentrische cirkels. In de binnenste cirkel stonden de datum en het jaartal, waarbij de naam van de maand was afgekort tot drie letters en de eerste twee cijfers van het jaartal waren weggelaten. Tussen de twee cirkels stonden de plaatsnaam en een uur aanduiding. De diameter van het stempel was ongeveer 22 mm. Het grootrondstempel, verving later het kleinrondstempel. Het gebruik van deze twee stempels was echter onhandig, omdat de karakters voor dag, maand, jaar en uur met een veer bij elkaar werden gehouden en dagelijks meerdere keren moesten worden vervangen, wat een rommelige bedoening was met al dat inkt. Voor de postbeambte was de overstap naar de Typenradarstempel een grote vooruitgang. Bij deze stempel konden cijfers en letters met een radertje worden gedraaid, wat het werk veel efficiënter maakte. Het Nederlandse postbedrijf was echter laat met de introductie van dit type stempel, aangezien het in het buitenland al veel langer in gebruik was. Er zijn verschillende uitvoeringen van dit type stempel op de markt gebracht. De Nederlandse Academie voor Filatelie, heeft voor Nederland een uitgebreide inventarisatie van poststempels opgesteld. Hier vinden we het stempelgebruik voor de dorpen Leimuiden en Rijnsaterwoude terug.

Media